Oud en Nieuw is in Rusland de grootste feestdag van het jaar. Families zijn dan allemaal samen, ze koken, eten zware salades en veel vlees, drinken champagne en geven elkaar cadeautjes. In mijn kindertijd, in de jaren ’90 ten tijde van perestrojka, was deze dag helemaal bijzonder. Het leven in Moskou was toen niet gemakkelijk. Alles was schaars, maar ik herinner me vooral het samenzijn. Met de hond wandelen, grapjes maken, alles delen.
Ik was 22 toen ik naar Nederland kwam om bij mijn Nederlandse vriend te zijn. Als kind wilde ik al verhuizen, ik had veel last van de druk van de Russische maatschappij. Al vanaf de crèche moet je in alles de beste zijn. Als ik een slecht cijfer haalde op school voelde ik me direct minder waard. Mij leraren peperden mij keer op keer in: jij hebt geen toekomst. Ik kroop in mijn schulp, durfde niets nieuws aan te gaan en was altijd bang om fouten te maken. Eenmaal in Nederland durfde ik de eerste zes jaar dan ook geen Nederlands te spreken. Ik wilde eerst de taal perfect beheersen.
Hier besefte ik pas hoe diep de Russische cultuur in mijn systeem zit. Ik groeide bijvoorbeeld op met hele traditionele rolpatronen, dus moest ik in Nederland erg zoeken naar mijn rol als vrouw. Hoewel ik helemaal niet van koken houd, wilde ik bijvoorbeeld mijn vriend bewijzen dat ik een ‘goede vrouw’ ben, dus stond ik de hele dag in de keuken om een taart te bakken. Maar hij was niet zo onder de indruk als ik hoopte, omdat hij zelf ook goed kan koken. Aan de andere kant verwachtte ik dingen van hem die hij juist helemaal niet deed. Hij moest voor mij betalen, mij spontaan cadeautjes geven en met bloemen thuiskomen. Ook nam ik aan dat ik onderdeel zou worden van zijn familie, dat ik de warmte van mijn eigen familie zou terugkrijgen. Dat was niet zo. Ik dacht dat mijn schoonmoeder mij niet leuk vond, dat ik niet goed genoeg was. Maar ze hebben gewoon een andere manier van met elkaar omgaan.
Door ervaringen als deze ging ik over alles twijfelen. Ik wist niet meer wie ik was en wie niet. Toen pas ben ik naar mezelf gaan kijken en gaan nadenken over mijn eigen grenzen en waarden. Maar voor datgene wat je van je afschudt komt niet direct iets nieuws in de plaats. Dat is nog steeds een zoektocht. Door mijn vriend voel ik me nu wel weer veilig, hij is mijn familie geworden. Door hem durf ik nu in een andere taal te spreken. Ik voel me thuis als ik mezelf kan zijn, geen masker op hoef te hebben, mijn emoties de vrije loop kan laten. Wanneer het niet uitmaakt hoe ik er uitzie en me gedraag. Wij vieren hier nog steeds hier Oud en Nieuw op de Russische manier. Mijn moeder komt dan op bezoek en ik verheug me er echt op. Omdat wij nu vegetarisch zijn, moeten we alleen wel driekwart van de gerechten vervangen.
Familiebezoek leidt ook tot confrontaties. Mijn broer vindt mij maar bazig en direct. Als hij de gelijkwaardigheid ziet tussen mij en mijn vriend, schokt dat hem. Ik laat in zijn ogen geen respect zien zoals je dat in Rusland zou doen. En hij vindt het maar niks dat ik geen vlees in huis wil halen. Volgens hem geniet ik niet genoeg van het leven. Mijn broer en ik waren vroeger echt met elkaar vergroeid. Vanwege onze verschillende levenssituaties zijn we elkaar ‘verloren’. Ik heb heimwee naar mijn kinderjaren, naar dat hechte familiegevoel.
Mijn moeder is de enige die mij nog verbindt met Rusland. Ze is ook de enige met wie ik Russisch spreek. Ze wordt ouder. Voor haar is het niet gemakkelijk dat ik hier woon. Ik bel vaak met haar, help haar met afspraken en sta altijd klaar om het vliegtuig naar Moskou te nemen als dat nodig is. Het kind-deel in mij, de dochter, is als het ware nog in Rusland. Daarom ook heb ik lang getwijfeld voordat ik hier een winkel durfde te openen. Vaak voel ik me tussen twee vuren in staan, want tegelijkertijd heb ik mijn leven hier met mijn vriend voor wie ik me ook verantwoordelijk voel. Ik wil hem niet ineens in de steek laten en naar Rusland vertrekken.
Wat als ik ooit voor langere tijd naar Rusland moet terugkeren om mijn moeder te verzorgen? Ik hoop dat mijn vriend dan meegaat, maar ik kan het niet van hem verwachten. Wat doen we dan? Die altijd maar onzekere toekomst maakt dat ik nooit echt helemaal kan aarden hier. Ik kan in deze situatie niet helemaal gelukkig zijn. Elk moment ben ik ermee bezig. En toch, het is uiteindelijk mijn eigen keuze, hier ben ik vrij.
M.